Pad tot huidige pagina

Samenwerken is essentieel bij hiv-bestrijding

“We hebben de politiek hard nodig om naar nul nieuwe hiv-infecties te komen.” Elske Hoornenborg, hoofd van het Centrum voor Seksuele Gezondheid bij de GGD Amsterdam, vertelt meer over haar nauwe betrokkenheid bij de Amsterdamse hiv-bestrijding.

Elske: "Ik heb veel lijden gezien door hiv en aids op plekken waar ik werkte, zoals Zuid-Afrika, Suriname en Congo. De epidemie heeft veel te maken met de kloof tussen arm en rijk, sociale uitsluiting en discriminatie. Ik wil daar graag iets aan doen.”

Hiv-preventiepil PrEP

Ze vertelt: “Toen ik bij de GGD kwam werken was er net een veelbelovende nieuwe manier om hiv te voorkomen: pre-expositie profylaxe, ofwel PrEP. Deze pil beschermt tegen hiv. Het heeft de angst rondom seks bij veel mensen enorm verminderd. Leuke seks is immers zorgeloze seks, zeggen we altijd.”

“We maken als GGD Amsterdam deel uit van het H-Team. Als onderdeel van dit samenwerkingsverband van allerlei organisaties die bezig zijn met hiv in Amsterdam zijn we in 2015 een studie gestart naar PrEP: het Amsterdamse PrEP-project. Het gebruik van PrEP geeft mensen de regie over hun eigen gezondheid. Sinds 2019 is deze hiv-preventiepil gelukkig breder beschikbaar in Nederland.”

“Toch zijn er zaken die beter kunnen” zegt Elske. “Het nationale PrEP-programma heeft een maximaal aantal deelnemers en het loopt ook af in augustus volgend jaar. We wachten op nieuwe regelgeving van de minister. PrEP is een methode die veel betekent voor mensen zelf, maar ook voor de hele samenleving. Want iemand die geen hiv krijgt, kan het dus ook niet overdragen. Daarom moeten er geen drempels voor toegang tot PrEP zijn. De wachtlijsten moeten weg, zeker omdat we in Amsterdam hard bezig zijn met het project Hiv naar nul.“

Hiv naar nul

Wat houdt Hiv naar nul in? Elske: “Amsterdam heeft met het beleidsplan ‘Amsterdam naar nul’ het doel om in 2026 nul nieuwe hiv-infecties in Amsterdam te hebben. Daar werken we samen aan met alle organisaties en doelgroepen die met hiv te maken hebben. Belangrijke pijlers zijn het beschikbaar maken van PrEP, natuurlijk. Maar ook dat iedereen die een hiv-diagnose krijgt snel in behandeling komt.”

“Een drempel daarvoor wordt bijvoorbeeld ervaren door ongedocumenteerde mensen. Uit angst om teruggestuurd te worden naar het land van herkomst, laten zij zich soms niet behandelen. Ook moet er veel breder getest worden. Juist nu er minder infecties zijn, moet je extra veel testen om de laatste mensen te vinden. Dat voelt soms ontmoedigend, maar eigenlijk is het ook een teken dat we op de goede weg zitten.”

Stigma is een veelkoppig monster. Als je je ergens voor schaamt, zoek je namelijk geen hulp.

Stigma tegengaan

We kunnen niet wachten tot mensen naar ons toekomen, geeft Elske aan. “We gaan er actief op uit. We doen outreach, dus voorlichting ter plaatse, om bijvoorbeeld mannen die seks hebben met mannen, transgender personen, sekswerkers en mensen met een migratieachtergrond te bereiken. Ook moeten we stigma zoveel mogelijk tegen gaan, want vooroordelen over hiv zijn er nog volop. Stigma is een veelkoppig monster, het blijft terugkeren en heeft vele gezichten. En het zorgt ervoor dat mensen zich verstoppen. Als je je ergens voor schaamt, zoek je geen hulp. Dat moeten we voorkomen.“

Samenwerking met de politiek

Fast Track Cities is een netwerk van meer dan 500 steden om samen een einde te maken aan nieuwe hiv-, tuberculose- en virale hepatitis B/C-infecties. Dit jaar is de jaarlijkse internationale conferentie in Amsterdam. Elske: “Steden zijn plekken waar veel gebeurt. Hier zijn veel van de doelgroepen waar we ons op richten én zitten veel van onze samenwerkingspartners. We werken samen met wetenschappers, professionals, mensen uit doelgroepen waar hiv veel voorkomt en politiek leiders. De samenwerking met die laatste groep is ook ontzettend belangrijk.”

Sekswerkers

Heeft ze een goed voorbeeld van de samenwerking tussen zorg en politiek? Elske: “Er zijn 2 doelgroepen waarin we in Nederland geen nieuwe hiv-infecties meer zien, terwijl dat wereldwijd nog wel het geval is. Ten eerste onder de groep Amsterdamse vrouwelijke sekswerkers. We zijn er voor deze groep in het Amsterdams Centrum voor Sekswerkers. Wat hebben ze nodig, in de breedste zin van het woord? Hoe kunnen we helpen bij veiligheid? Een uitdaging is nog wel om het aantal hiv-infecties onder mannelijke en transgender sekswerkers terug te dringen.”

Harm reduction

“De andere doelgroep is mensen die drugs injecteren” vervolgt ze. “Er zijn al heel lang geen nieuwe infecties meer onder deze groep in Amsterdam. Dit komt door de vroegtijdige en brede inzet van zogenaamde harm reduction, programma’s waarin naalden en spuiten veilig omgeruild konden worden, het inzetten van methadon-programma’s en het aanbieden van gebruikersruimten. Maar daar heb je echt de politiek bij nodig. Zowel voor onze succesvolle aanpak voor vrouwelijke sekswerkers, als voor personen die drugs injecteren, was politiek en wetgeving van groot belang.”

“Geen nieuwe infecties konden we alleen bereiken door wetgeving die sekswerk en het injecteren van drugs niet strafbaar stelt. Dit is een van de dingen die heel goed gelukt is in Amsterdam, en die we graag willen delen met de rest van de wereld, tijdens Fast Track Cities. We hopen dat politici vanuit steden wereldwijd geïnspireerd raken en hiermee ook zelf aan de slag gaan.”